Beter een goede buur dan een verre vriend
Door: NJC
24 Oktober 2017 | Israel, Jeruzalem
Maar de mensen blijven en na iedere sloop van een woning gaan zij na een kop thee aan de slag om een nieuw onderkomen te bouwen en de boel een beetje op te ruimen.
Het dorp waar wij op bezoek zijn ligt zo dichtbij een nederzetting die vanaf 1984 is gebouwd en verder uitbreid. De bewoners klagen over allerlei zaken, zoals: het geluid van de generator, de geur van het vuur, het lawaai van spelende kinderen en het uitzicht op de watertanks. Deze klachten komen voor de rechtbank. Advocaten kunnen de bewoners van het dorp zich niet veroorloven. Daarnaast zijn de rechters van van de lokale rechtbanken zelf bewoners van de nederzettingen. Al met al bevordert het niet het vertrouwen in het Israëlische rechtssysteem in Palestina. De bewoners zijn zich al langer van bewust dat ontvangen beloftes op betere tijden niet veel uithalen. Morele ondersteuning is in deze fase veel belangrijker voor hen. Voor hen is het belangrijk dat mensen zelf komen kijken naar hun leefomstandigheden en erover gaan vertellen. Iedere poging om op een positieve manier in contact te komen met de buren worden afgewezen. Zoals bijvoorbeeld bij het organiseren van een voetbalwedstrijd tussen de kinderen. Per slot willen kinderen onder alle omstandigheden hetzelfde, en dat is: spelen! Het team stond inmiddels opgesteld toen bleek dat er niemand kwam om met elkaar te voetballen.
Verderop in het dorp ontmoette we een vrouw die bij onze aankomst begon te praten en eigenlijk niet meer ophield. Dat wij geen woord verstonden van wat ze zei maakte niet zoveel uit. Uit haar manier van spreken een de sporadische vertaling die we meekregen als iemand een poging deed haar af te remmen bleek duidelijk haar boosheid, machteloosheid en bitterheid. Niemand van de bewoners durfde deze oude vrouw te onderbreken in haar relaas. Pal achter de tent waar wij zaten stond het hek van de nederzetting. Hier vinden regelmatig ontmoetingen plaats die provocerend zijn en onrust geven. Dat de vrouw inmiddels en hoge bloeddruk heeft en bijna niet slaapt in dit leven dat zij als rechteloos beleefd, beleefd verbaasd me niet. “Zelfs de dieren hebben een beter leven dan wij.” Katten, vogels, honden, ...... ze mogen overal komen en gaan waar ze willen. Wij niet!”
Na dit verdrietige relaas reisden we verder naar Susiya. Het dorp waar ik vorig jaar heb overnacht. En ja hoor de gebedsslinger hing nog op de zelfdeplaats waar Nassa en zijn vrouw deze vorig jaar hebben opgehangen. Nadat Nassar zijn verhaal had gehouden hoe de familie zijn dorp had verlaten en 500 meter verderop in de ondergrondse was gaan wonen, vertelt hij over de situatie nu. Hoe eerder de helikopters overvlogen om te zien welke activiteiten er zijn en bouwsels er staan, er nu gebruik wordt gemaakt can drones. Hoe de grotten zijn gesloopt waardoor de dorpsbewoners nu in tenten wonen.
Zijn geweldloze verzet maakt hij zichtbaar door zich in te zetten voor de organisatie Beith Salem. Een Palestijnse organisatie die werkt voor het ministerie van Defensie. Zij zetten zich in om toegang tot het (voormalig) eigen land te krijgen dat inmiddels is opgeëist door de bewoners van de nederzettingen. Ook houdt zij bij waar en hoeveel conflicten zijn met de settlers. Op deze manier is er een behoorlijke hoeveel documentatie beschikbaar. Deze wordt zoveel veel mogelijk verspreid via het internet.
Sommige Palestijnen staan niet achter deze organisatie omdat deze samenwerkt met de “bezetter”. Volgens hen heeft het allemaal toch geen zin.
Tot slot liepen we met Nassar naar de school en de grond met zijn olijfbomen. Bij aankomst hadden van deze bomen heerlijke olijven gegeten.
Voor vertrek naar onze volgende slaapplaats hebben we uitgebreid door het dorp gelopen en kunnen genieten van de wind. In tegenstelling tot afgelopen november was die nu in oktober lekker warm.
Van hieruit reisden we door naar de volgende overnachtingsplek. Ergens in de woestijn bleken we op de plaats van bestemming te zijn. Bij het uitstappen, gelukkig was het nog licht, zag ik een verwaaide tent staan. Verder was het vooral leeg. Behalve dan een militair kamp. Dit kamp was tevens de rede dat er altijd mensen in dit “dorp” moesten zijn. Als dit niet zo was dan zou het leger het dorp slopen. Waarbij niet de tent verder gesloopt zou worden, maar de ondergrondse grotten. Het was de bedoeling dat wij hier gingen eten en daarna in en andere grot zouden gaan slapen. Er was alleen iets mis gegaan met de communicatie. Het eten was niet aanwezig. Dus na een kort telefoongesprekken is er afgesproken dat we een kleine kwartiertje zouden lopen naar het dichtstbijzijnde dorp en daar eerst de maaltijd gebruiken om daarna ook te gaan slapen. Een mooie nachtelijke wandeling met een schitterende maan, die zich nauwelijks liet zien, en de nodige sterren. De wind maakte een jas noodzakelijk.
In het dorp kreeg we een warm welkom. De maaltijd was heerlijk met rijst, kip, salade en veel humus. Overal vandaan werden er matrassen en dekens aangesleept om ons zo goed mogelijk te laten slapen. Dit is mij opnieuw redelijk gelukt.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley